link naar de traditionele video door Manfred Putz; dit keer een mooi, rustig beeldverhaal van alle gezeilde EISCUP-wedstrijden.. De vlagen en draaiingen waar de Baldeneysee bekend om staan worden snel duidelijk.....
——————————————————————————————————————————————————
Een dam in de Ruhr om de wisselvallige rivierstroom te bedwingen, zie daar de Baldeneysee. En direct ontstonden er maar liefst zeventien watersportverenigingen om van dat nieuwe Seetje gebruik te maken. De Olympiajollen waren er in 1970 vroeg bij met de eerste EISCUP bij de Essener Segler Club Ruhrau (ESCR). Sindsdien is de Baldeneysee altijd een O-plas gebleven .
En ook al die ESCR-leden zijn nu 50 jaar ouder. Want deze vereniging met nog geen zestig leden is bepaald geen jonge club meer. Maar zij hadden des te meer plezier in het organiseren van dat ene grote evenement op hun jaarkalender!
En zo werd het de verwachtte invasie: het kleine modderige ESCR terrein vulde zich vrijdagmiddag met campers als een IKEA parkeerterrein met de kerst. De 46 (Sic!) Olympiajollen werden hoog tegen het dijkje opgestapeld als haringen in de bekende ton. En vrijdagavond ging het luidruchtig van start in de speciale tenten met verwarming alsof we 10 jaar in lockdown hadden gezeten. De kartoffelpannekoeken en de gele en kleine, transparante drankjes gingen erin God’s woorden in de spreekwoordelijke ouderling. De ESCR leden sleepten hun gastvrijheid af en aan alsof dit leger Duitse en Nederlandse zeilers hun laatste veldslag tegemoet gingen. Kortom: het begon gelijk goed.
Het doel was natuurlijk 50 bootjes op dit tiende lustrum, en qua inschrijvingen lukte dat ook. Maar uiteindelijk, zo gaat dat, waren er iets minder op het wedstrijdwater: 22 Nederlanders en 24 Duitsers. Zo waar geen slecht resultaat en iedereen was dan ook dik tevreden.
En ook op de zaterdag konden de wedstrijden onder zeer gunstige omstandigheden beginnen. Waar de weersverwachtingen wisselend maar verontrustend waren, bleken de weergoden ons uiteindelijk verrassend goed gezind. Prachtig lopend windje, klein maar lekker zonnetje, droog en dan die pittoreske setting van herfstkleuren op de heuvels rondom het meer. Wel maakte de Baldeneysee haar reputatie als ”Kralingen-in-het-kwadraat” weer volledig waar.
Want het was draaien en zwieren als op de kermis. Vlagen, schiften, plotselinge windhoekveranderingen: een enkeling klaagde maandags over stijve knieën want je moest wel heel vaak overstag om de wind te bespelen. Het veld danste in en uit elkaar, schuivend tussen beide oevers. Vaste waarden zijn daar niet. Ieder rak moet je het weer opnieuw uitvinden. Dus toeval regeert? Nou, in tegendeel: de betere zeilers anticiperen vaker goed dan de mannen met minder ervaring. En zo is de kop van het Olympiajol peloton weer als verwacht.
Maar voor iedereen was het een uitdaging om soms even door de draaiing heen te sturen, juist wel die wal te pakken die eerder niet werkte, ten allen tijde de goede shift van de slechte te onderscheiden. Varen op de Baldeneysee is niet voor de weekhartigen: het ging soms van ’Himmelhoch jauchzend, zum Tode betrübt’, om Goethe er nog maar eens bij te kunnen slepen.
Geen twijfel wie dit weekend dat spelletje het beste beheerste. De drank van de vrijdagavond werkte bevrijdend voor de Aquaholic zeiler. Luuk stoomde middels goede aandewindse snelheid en slimme keuzes oppermachtig naar de winst (1,1,1,2) Daarachter was het spannend tot de laatste finish maar Thies (3,3,3,5) pakte nipt de tweede plek. Voor de van twee wallen etende Jan Jama (zijn Duitse dan wel Nederlandse identiteit was belangrijk zo bleek later) en Jan Willem. En weer voor een pact ’echte’ Duitsers: Kai, Wolfgang, Jurgen en Rolli. Jan de Best pakte nog ergens een Kielzugvogel op de snavel maar zeilde desalniettemin wederom sterk.
Maar goed: het hele veld van 46 bootjes hadden prachtige zeildagen; het was een plezier om wederom daar te racen. Welllicht dacht Max er vlak na de laatste start anders over doordat hij probeerde om met de schoot in de klem heel snel te wenden. Maar, ’ieder nadeel hep een voordeel’, hij stond dus wel weer als eerste op de trailer. De rest van het veld, iets minder groot op de zondag want er was veel wind verwacht maar die kwam gelukkig niet, zeilde zijn heerlijke laatste potjes van het jaar. Hoewel wij in Nederland natuurlijk nog de Boterletter en de Oliebollen wedstrijden hebben. Maar in Duitsland zit het er op.
Het feest was nog niet helemaal voorbij: er was namelijk besloten om een landen competitie te houden. Welk land heeft het gemiddeld het best gezeild. En, Jan ten Hoeve: bij wie telt hij dan mee. Uiteindelijk werd Jan het Duitse kamp in geschoven maar het mocht ze niet baten. Als landenprijs werden de Nederlandse zeilers toegezonden door het Duitse veld. Het Wilhelmus klonk aarzelend en met sterk prins Bernard accent maar werd luidkeels overgenomen door ons Kaaskoppen. Iedere deelnemer kreeg een ingelijst herdenkingwerkje voorzien van eigen zeilnummer en kon meer dan tevreden weer naar huis.
Sport verbroederd. Maar dat wisten wel al! Zelf vanuit Zwitserland werden de startjes op de voet gevolgd door Rolinghi via de Webcam (zie foto).